Erve Ribbert

Erve Ribbert is gelegen aan de Vasserweg tussen Ootmarsum en Vasse. Het oude erf ligt op een es en is omringt door een groot aantal eiken. De boerderij heeft de status van Rijksmonument.
Verder bevinden zich behalve 2 moderne loopstallen voor het melkvee, een nieuw gebouwde tradionele houten kapschuur, nog een oude kalverenschuur en een monumentaal kippenhok met Mansardedak op het erf.

DE HISTORIE VAN ERVE  ’t RIBBERT’

1. De Hof Ootmarsum

In de geschiedenis van Twente hebben de bisschoppelijke hoven een belangrijke rol gespeeld. De Duitse keizer benoemde de bisschoppen van Utrecht en beleende hen met landerijen. De bisschoppen verwierven aldus in de loop der eeuwen vele landerijen.  Het ging daarbij meestal om boerderijen die werden bewoond door horigen. Om het beheer van die hoven goed te regelen, werden hofmeiers aangesteld. Een hofmeier was aanvankelijk een horige, die door zijn persoonlijkheid en overwicht in staat was leiding te geven, de administratie te voeren en de rechtspraak te
verzorgen. Hij woonde op de hof. In Twente kwamen zes bisschoppelijke hoven voor, waarvan de Hof Ootmarsum de belangrijkste was. De hofmeiers van de Hof Ootmarsum
genoten naast de inkomsten uit de hof ook inkomsten uit functies in de advocatuur en politiek.

2. Erve ’t Ribbert

In 1750 bouwde de toenmalige hofmeier Mr.dr. Hermannus van Beverforde een nieuwe boerderij aan de noordzijde van de Vasserweg. In de loop der jaren
is het oorspronkelijke gebouw diverse keren verbouwd. De boerderij werd gedeeltelijk gebouwd op de weg naar de erachter gelegen es, de weg naar de
Karreberg. De boeren voelden zich gedupeerd omdat hun akkers moeilijker te bereiken zouden zijn. Procedures volgden. Uiteindelijk is de boerderij
afgebouwd en de weg iets verlegd. In 1754 werd het eerste huurcontract afgesloten met Hendrik Arink. In het huurcontract wordt gesproken over “een
huis op de Karreberg” met schuur en schaapskooi. In 1763 werd voor zes jaar een nieuw  contract afgesloten met Jan
Ribberink. Uit archiefstukken blijkt dat de namen Ribberink en Ribbert door elkaar werden gebruikt. In de periode 1763 tot 1877 hebben vier generaties
Ribbert gewoond en gewerkt op de boerderij op de Karreberg of Kersberg. In 1876 werd de familie Ribbert  de huur opgezegd
per 11 november 1877. Bernardus Oude Luttikhuis uit Nutter werd  de opvolger.

3. Het Mr. W.J. Engels van
Beverfordefonds

Het bezit van de Beverfordes was in de 19e eeuw door vererving inmiddels in handen gekomen van Wennemara Louise Dröghoorn (1807-1881) gehuwd met Hendrik Engels (1794-1860). Deze laatste kreeg bij koninklijk besluit van 18 maart 1832  toestemming om de naam Beverforde aan zijn naam toe te voegen: Hendrik Engels van Beverforde. Hun drie
kinderen erfden in 1881 het uitgebreide bezit van de familie: Wennemar Jan (1839-1914), Hendrika Antonia (1835-1917) en Gerrit Hendrik (1841-1928).

 Mr. Wennemar Jan Engels van Beverforde stierf in 1914 en stelde als uiterste wilsbeschikking, dat na de dood van zijn zuster Hendrika Antonia Engels hun vermogen in zijn geheel
vermaakt zou worden aan de Overijsselsche Landbouw Maatschappij (de O. L.M.). Op 22 november 1917 stierf Hendrika Antonia Engels te Zutphen. Ovreenkomstig de
wens van haar broer ging het gehele vermogen van de familie Engels toen bij testamentaire beschikking over aan de O.L.M. ter vorming van het Mr.W.J. Engels van Beverfordefonds.

Toen Hendrika Antonia stierf, leefde haar broer Gerrit Hendrik Engels nog. In een brief aan zijn adres in Vancouver dankte de O.L.M. hem voor de
instemming met de wilsbeschikking van zijn zuster. Pogingen met hem in contact te komen, hebben niets opgeleverd. In 1928
is hij in Nieuw-Zeeland overleden. De overwegingen die ertoe hebben geleid dat het gehele bezit bij de O.L.M. kwam, zijn niet geheel helder in beeld te krijgen.
Bekend is dat Mr. W.J. Engels van Beverforde bestuurslid is geweest van de O.L.M. en dat hij de landbouw in Twente een warm hart toedroeg. Bovendien bleef het
familiebezit op deze wijze bijeen en bleef de naam van de familie voortbestaan. De O.L.M. heeft de erfenis dankbaar aanvaard, maar had vervolgens grote moeite
om het forse bedrag aan successierechten bij elkaar te krijgen. Toen de O.L.M. in 1996 als landbouworganisatie opging in een fusie met andere
landbouworganisaties werd het Mr.W.J. Engels van Beverfordefonds ondergebracht in een afzonderlijke stichting.

4. Erve ’t Ribbert  na 1917

Toen de O.L.M. eigenaar werd van Erve ’t Ribbert, was deze boerderij verpacht aan de familie Bonnes. In 1919 werd de familie Bonnes de pacht per 1
mei 1921 opgezegd, omdat de O.L.M. van deze boerderij een demonstratieboerderij wilde maken. Het bestuur liet zich bij deze beslissing leiden door de gedachte,
dat op deze wijze in de geest van de erflaters werd gehandeld en de belangen van de Twentse landbouw werden gediend. Het fonds werd daarnaast ook betrokken
bij demonstratieboerderijen te Markelo, Heino en Hellendoorn. De exploitatie van deze boerderijen kostte erg veel geld. De leiding op de
demonstratieboerderij ’t Ribbert werd in 1921 opgedragen aan de heer J. Holsbrink uit Almelo. Hij werd in 1924 opgevolgd door Roelof Sloots, die door
zijn deskundigheid en inzet het bedrijf tot grote tevredenheid leidde. In 1926 nam zijn broer, Jacob Sloots, de leiding op Erve ’t Ribbert over.

De demonstratieboerderijen hebben ongetwijfeld een flinke bijdrage geleverd aan de modernisering van de agrarische bedrijfsvoering in de regio. De
landbouwvoorlichting toonde er nieuwe werkwijzen en nieuwe producten. De demonstratieboerderij ’t Ribbert vereiste veel geld van het fonds. Tijdens het
beheer van Jacob Sloots werd de exploitatie steeds problematischer. Ook de crisis van de jaren dertig zorgde voor grote financiële problemen. De O.L.M.
besloot daarom de demonstratieboerderij ’t Ribbert op te heffen en weer te verpachten. Door de crisis was er echter aanvankelijk geen pachter te vinden,
die de enigszins verwaarloosde landerijen en gebouwen in exploitatie wilde nemen. Het duurde tot 1934 voordat zich een pachter meldde.

In november van dat jaar vestigde de familie Veneklaas zich op Erve ’t Ribbert. Deze familie, afkomstig van het Singraven, wist met hard werken, zuinig
beleid en groot doorzettingsvermogen de exploitatie met succes ter hand te nemen. Drie generaties Veneklaas hebben achtereenvolgens Erve ’t Ribbert
bewoond en geëxploiteerd. Zij hebben ervoor gezorgd dat een levensvatbaar en modern landbouwbedrijf ontstond, dat in staat is zich aan de snelle en
ingrijpende wijzigingen in de landbouw aan te passen.

De moderne, zakelijke bedrijfsgebouwen zijn zodanig geplaatst, dat zij de landschappelijk waardevolle omgeving niet aantasten. Met gevoel voor
traditie en landschapsschoon is Erve ’t Ribbert ruim 250 jaar bewoond en bewerkt.

  • Type boerderij: Hallehuistype
  • Aanwezige uitbouwen:
  • Dakvorm: Topgevel2Zijdig
  • Buurtschap: Dinkelland
  • Bouwjaar: 1750
  • Straatnaam: Vasserweg
  • Huisnummer: 16
  • Postcode:
  • Plaats: Ootmarsum
  • Lengtegraad: 6.8851046562195
  • Breedtegraad: 52.41418838501

Omgeving

  • Oude schuur
  • Kap schuur
  • Bakhuis Karnhuis
  • Kapberg
  • Kippenhok
  • Waterput
  • Moestuin
  • Siertuin
  • Boomgaard
  • Haag
  • Oprijlaan
  • Oude bomen
Kom ook op de ervenkaart!
Twentse Erven heeft de Digitale ervenkaart laten ontwikkelen in het kader van het project Buurten in Twente, met subsidie van de provincie Overijssel. De kaart is in volle glorie te bekijken door op de afbeelding hiernaast te klikken.
Twentse Erven wil met de digitale kaart de vele mooie erven die er in Twente gelukkig nog te vinden zijn in beeld brengen. Door middel van duidelijke basisinformatie en met het tonen van vele fraaie foto's wordt gestreefd naar een representatief overzicht van boerderijen, met spreiding over heel Twente.
Meld je aan
Op de hoogte blijven?